Wat is acupunctuur

Acupunctuur is van oorsprong een onderdeel van de traditionele Chinese geneeskunde (TCM) en wordt al enige millennia toegepast.

Het is gebaseerd op de Chinese functieleer, waarbij het uitgangspunt is dat lichaam en geest elkaar beïnvloeden. Ook in Nederland hebben acupunctuur -behandelingen al jaren een plek in de gezondheidszorg. In acute en ernstige situaties kan de reguliere geneeskunde prevaleren boven de complementaire methodieken, maar bij chronische ziekten kunnen op den duur de bijwerkingen van de chemische behandelingen een grote rol gaan spelen.

Bij acupunctuur is dat nadelige effect er niet. Acupunctuur is een aanvulling op de reguliere geneeskunde. Acupunctuur kan de natuurlijke weerstand vergroten, pijn wegnemen, alsook de bijwerkingen van medicamenten verminderen. Acupunctuur beïnvloedt de energiehuishouding en zet het lichaam aan tot zelfregulatie en herstel.

Door het zetten van naalden op bepaalde punten in de huid wordt het lichaam geactiveerd om de energiebalans te herstellen. Volgens de filosofie van de Traditionele Chinese Geneeskunde krijgt ieder mens bij de geboorte een hoeveelheid energie mee. Die energie is nodig om te kunnen leven en actief te zijn. De energie stroomt door het lichaam langs kanalen, meridianen genoemd. Deze kanalen zijn onderling met elkaar verbonden en tevens met de organen en de geest. Ze vormen als het ware een web in het lichaam.  Als de energiestroom verstoord is, ontstaan er ziekten. Die verstoring kan optreden door invloeden van buiten af (bv. virussen,wind, kou, hitte, vochtigheid), door trauma’s of overbelasting of door te hevige emoties (verlies van een geliefd persoon, angsten) of grote zorgen. Door bepaalde punten op de meridianen te prikken kan de energie weer vrijelijk stromen en kan de balans zich weer herstellen.

Meridianen binnen de acupunctuur

Naast het concept van acupunctuurpunten, heeft de Chinese geneeskunde van oudsher het concept van het meridianensysteem gehad; je kunt spreken van energiekanalen die onder de huid en in het inwendige van het lichaam verlopen.
Binnen de westerse wetenschappelijke methode is voldoende onderzoek gedaan waaruit blijkt dat meridianen geen imaginaire entiteiten zijn. Hun bestaan is aantoonbaar.

De meridianen zijn met elkaar verbonden in een bepaalde volgorde. Interessant is hoezeer de traditionele Chinese geneeskunde en de biofysische geneeskunde het erover eens zijn dat binnen de meridianen ‘energie’ stroomt. Het Chinese denken heeft het dan over ‘qi’, de biofysische geneeskunde gaat uit van elektromagnetische signalen. Hoe de interpretatie ook is, het meridianensysteem kan worden beschouwd als een geordend systeem waarbinnen energie door het lichaam circuleert. De Chinese geneeskunde gaat uit van 12 organen die voor een deel dezelfde naam hebben als de Westerse organen. Maar ongeacht die overeenkomst in naam, zijn de Chinese organen in feite uitgebreide energetische regulatiepatronen waar de overeenkomende anatomische organen onderdeel van uitmaken. Om verwarring te voorkomen is het gebruikelijk om de Chinese organen met een hoofdletter te schrijven. Ieder Chinees orgaan is nauw gerelateerd met een meridiaan (energievat) dat dezelfde naam heeft als het Orgaan.

Er wordt vanuit gegaan dat ieder Orgaan een bepaald aandeel levert in de energieproductie van het organisme en dat de Organen hun energie aan elkaar overdragen via de meridianen. Een te sterk of een te zwak functionerend orgaan kan zo storend werken op de energetische verhoudingen van andere Organen, waardoor pathologische verschijnselen kunnen ontstaan.
De traditionele Chinese geneeskunde heeft deze energieoverdracht in kaart gebracht. Zo draagt de Lever energie over aan de Long (beide zijn yinorganen).

Van de Long gaat de energie naar de Dikke darm en vervolgens naar de Maag, de laatste twee zijn yangorganen. Dan van Milt- pancreas naar Hart, (alle twee yinorganen), vervolgens naar van de Dunne darm en dan naar de Blaas, allebei yangorganen. Dan van Nier naar Kringloop, beide yinorganen ( ‘Kringloop’ is als orgaan niet bekend binnen de Westerse fysiologie, maar heeft allerhande aspecten van wat in het Westen als ‘ metabolisme’ wordt beschouwd). Dan gaat de energie door naar de 3- Voudige verwarmer (eveneens een orgaan dat binnen het Westen niet bekend is, maar dat vooral kenmerken heeft die met energieproductie te maken heeft). Vandaar naar de Galblaas (net als de 3- voudige Verwarmer een yangorgaan). Ten slotte wordt de energiekringloop gesloten doordat de galblaas zijn energie aan de Lever overdraagt.

Over het etmaal gezien fluctueert de activiteit van de Organen in een heel specifiek ritme dat al duizenden jaren door de Chinese geneeskunde wordt onderscheiden. Ieder orgaan heeft tijden van maximale en minimale activiteit. Dat uit zich bijvoorbeeld in hormonale en biochemische veranderingen binnen het lichaam. Het Chinese fysiologische denken heeft dit in kaart gebracht en dat heeft een weergave van de Orgaanactiviteit opgeleverd die bekend staat als ‘de orgaanklok’. Op de Orgaanklok (die wordt weergegeven in de vorm van cirkelvormige tabellen in de vorm van een klok) kan worden afgelezen wanneer de verschillende Organen het meest actief en het minst actief zijn.

Op de tijden – de linker tabel -dat er veel energie aanvoer is, zal het desbetreffende orgaan op volle toeren draaien.
Een zwak orgaan zal zich tijdens deze energie piek niet prettig voelen. Kenmerkend is pijn, wakker worden tijdens de nacht of algemene activiteit. Op de tijden dat er weinig energie aanvoer is – de rechter tabel – zal het desbetreffende orgaan in een dip zitten.

Een zwak of ziek orgaan zal zich op deze tijden melden door sufheid, slaperigheid of algemene malaise.
Bijvoorbeeld, een overbelaste lever kan de volgende klachten geven:

  • Altijd tussen 01.00 en 03.00 uur ’s nachts wakker worden om bijvoorbeeld te moeten plassen – extra activiteit tijdens de tijden van veel energie aanvoer op de lever.
  • Altijd tussen 13.00 en 15.00 uur ’s middags een dip, suf en zin om een middagdutje te doen – een inzinking op het moment dat er weinig energie aanvoer is op de lever.

Deze Orgaanklok kan alleen als indicator worden gebruikt. Maar het kan op grond van de Orgaanklok bijvoorbeeld duidelijk worden dat iemand een zwakke lever heeft. Soms is het dan met simpele maatregelen mogelijk om daar rekening mee te houden en de gezondheid te verbeteren.